Gastvrij dineren: c’est dur de comprenure

Een nacht in Le Grand Noé kost 60 euro minder dan een nacht op het wijndomein. De kamers zijn echter minstens even mooi afgewerkt met een regendouche, een boxspring en allerlei fraaie sfeerelementen. En het ontbijt blijkt ook nog eens een stuk uitgebreider dan de klassieke CCC-petit déjeuners.

19029185_10211612604363663_1451715488880003568_nAllerhande vruchtensappen gemaakt door boertjes uit de buurt, lekkere kaas, hesp, een crumble met vers fruit, een citroencake en kersen uit de tuin gaan wel een heel stuk verder dan wat Veronique op een buffetje wist uit te stallen de voorbije dagen. Of we graag een eitje lusten? Zeker!

Dat is voor mij zowat het ultieme geluk: een zachtgekookt eitje met een lekker stukje brood staat symbool voor zalige rust en genieten van het leven. Op zondagse middagen vaak gecombineerd met een flesje champagne.

Leentje is niet lekker vanmorgen en besluit het rustig aan te doen. Fries wil graag een mooie tour gaan lopen in de buurt en hoe erg het bij ons ook kriebelt om in looptempo mee heuvels op en af te lopen gedurende een tweetal uur, besluiten we om met ons tweetjes te gaan wandelen.

Via een website met wandelroutes in de buurt vind ik een wandeling van ongeveer 8 kilometer die vertrekt in het dorpje waar we gisteren hebben gegeten. Omdat onze auto al serieus geladen is, lijkt het ons niet wijs om hem onbewaakt op een parkeerplek achter te laten tijdens onze wandeling. Fries stelt voor om ons te brengen en nadien op te pikken. Zo kan de wine wagon aan het huisje blijven staan.

De wandeling start aan het Office du tourisme van Pélussin. Omdat het dorpje klein is, doen we niet de moeite om het adres van de VVV in te geven in de gps. We vermoeden dat het Office du tourisme in de buurt van het gemeentehuis ligt en volgen de bordjes ‘Mairie’.

Voor het gemeentehuis stappen we uit. Terwijl we zoeken naar het precieze vertrekpunt van de wandeling rijdt Fries terug naar Le Grand Noé als een blije eekhoorn die zijn loopschoenen mag aantrekken.

Omdat we niet direct het startpunt vinden, zetten we onze mobiele data even aan om via Google Maps op z’n minst de juiste wandelrichting te vinden. Op het moment dat je dit leest zijn de roaming kosten voor dataverbruik in het buitenland eindelijk afgeschaft. Sterker nog: deze wetgeving is ingegaan de week nadat we zijn teruggekeerd van onze wijntrip. Het was dus een laatste keer behelpen met groene schuifbalkjes op onze smartphone.

Maps geeft een kleine twee kilometer aan tot het vertrekpunt van de wandeling. We staan dus aan de verkeerde kant van het dorpje en even later blijkt dat we op het laagste punt van Pélussin stonden, want tot aan het Office du tourisme heeft de wandeling meer weg van een uithoudingstraining ‘kuitspieren kweken’.

Ook al is de voormiddag nog maar net begonnen, de zon brandt al aardig en de zweetdruppels beginnen te parelen onder onze zomerhoeden.

Gelukkig loopt de eigenlijke wandeling via schaduwrijke wegen. Op afgelegen plekken komen we hier en daar een huis tegen, allemaal met een groot overdekt terras richting de Rhônevallei. Het uitzicht is onbeschrijfelijk mooi. Ongelijk kun je deze mensen dus niet geven.

19023733_10211612609163783_3538503055571943424_n

Omdat de wandeling niet goed uitgepijld is en de kleine straatjes op het kaartje en in de realiteit geen naam hebben, wijken we ongewild al snel af van de geplande route. Met een combinatie van Google Maps en een beetje richtingsgevoel vinden we redelijk vlot een weg terug naar het dorpje.

TripAdvisor stuurt ons naar de nummer 1 van Pélussin. We bellen naar Fries, zodat hij met Leentje ook naar daar kan komen voor de lunch. Leentje voelt zich echter niet top en Fries blijkt nog niet veel honger te hebben na zijn krachttraining.

We bestellen een menuutje aan 14,5 euro en een flesje rosé in TÂm à L’affiche. De smaken van het slaatje en steak haché zitten echt goed en ook de gratin aardappelen zijn lekker, alleen qua presentatie is er nog werk aan het hoofdgerecht. We zijn nu niet bepaald kleine eters, maar we moeten forfait geven om alles smakelijk op te eten.

Even later arriveert Fries aan het restaurant om ons op te pikken. We passeren eerst even langs de gite om te kijken of Leentje mee wil gaan proeven. Het gaat ondertussen al wat beter met haar, maar ze besluit het toch nog even rustig aan te doen en blijft op het zonneterras de rest van de middag.

Onze gastvrouw in Le Grand Noé is echt een tegenpool van Veronique op alle vlakken, en zeker ook als het aankomt op het wegwijs maken van haar bezoekers in de regio. Ze schiet bij momenten zelfs uit in het zo goed en nauwkeurig proberen uitleggen van routes, het typeren van wijndomeinen en het aanbevelen van chocolademusea en andere attracties dat ze er drie seizoenen Vlaanderen Vakantieland in tien minuten lijkt door te jagen.

Haar suggesties voor wijndomeinen die we zouden moeten bezoeken, komen overeen met de selectie die Belinda had gemaakt op basis van de Guide Hachette.

We zitten dus goed.

Dat we met plechtstatige wijn te maken hebben, blijkt wanneer we de oprijlaan van het eerste domein bereiken. Een prachtig pand steekt uit boven omliggende wijngaarden. Daar moeten we zijn.

18953050_10211612606003704_3403887590092146441_nDomaine du Chêne in Chavanay is een echt familiebedrijf. We worden ontvangen door de moeder des huizes die na de eerste wijn het degustatiestokje doorgeeft aan de zoon des huizes. Beiden zijn ze vlot gekleed in een sportief werkplunje.

Terwijl we hun viogniers nuttigen en onze kelen laten droogleggen met hun Saint-Joseph, kijkt de familie Rouvière goedkeurend naar ons vanop een reclamebanner.

De prijzen zijn aanzienlijk, maar dat is geen verrassing. We bestellen enkele kartons die we op bijzondere momenten zullen degusteren.

Bij het inladen van de auto merkt de zoon dat een karton nat is aan de onderkant. Het blijkt echter niet over een van zijn kartons te gaan maar over een karton viognier van Le Clos des Lumières. We openen de doos en merken dat een van de flessen nog maar voor de helft gevuld is. Blijkbaar is er iets misgelopen bij het bottelen: de kurk ontbreekt, maar de capsule die de kurk moet beschermen, werd wel op de fles geplaatst. Jammer van de 4 euro. Anderzijds, zoiets kan altijd gebeuren.

Het tweede domein, Domaine Farjon, ligt in Malleval. De gastvrouw van Le Grand Noé typeerde vanmorgen de wijnen van dit domein als zeer lekker en spotgoedkoop, naar Condrieunormen dan toch. Ook in de Guide Hachette kreeg de wijn een coup de coeur wat aangeeft dat je heel wat kwaliteit krijgt voor een scherpe prijs. We zijn dan ook benieuwd naar deze Donald Muylle onder de wijnboeren.

In tegenstelling tot het eerste domein druipt er geen grand chic van het wijnhuis af. Via een binnenkoer bereiken we de donkere, koele degustatieruimte. Een lieve mevrouw ontvangt ons. Ze is aardig en vriendelijk, maar weet niet te begeesteren en schenkt de wijnen uit zoals ze haar kinderen ’s ochtends een glas melk inschenkt.

Volledig onterecht trouwens, want het domein heeft inderdaad echt wel heerlijk spul te bieden aan een uitzonderlijke prijs in deze regio. Jammer genoeg ogen de flessen ook goedkoop en straalt er geen klasse vanaf. Een kleine investering in een nieuw ontwerp van de etiketten zou de wijnen veel beter tot hun recht laten komen. Met de kinderachtige tekeningen lijken ze op de goedkoopste flessen beaujolais die je kunt vinden, diegene die ze in het verre oosten gebruiken om zwembaden mee te vullen.

Het aantal kartons dat we inkopen, ligt aanzienlijk hoger dan bij het eerste domein. Niet moeilijk met sublieme Condrieus voor 23 euro.

Via smalle, kronkelige wegen tussen de wijngaarden walsen we richting Malleval, een oud, klein dorpje dat hoog uit torent boven een van de zijrivieren van de Rhône.

De serveuse van Le Péché du Pilat wijst ons een overdekt tafeltje aan op het terras. Ze offreert ons de menukaart en de wijnkaart. A la carte eten schijnt niet mogelijk op deze plek. Op zich begrijpelijk want, ook al is het de enige horecazaak in het afgelegen dorpje, men wil de food cost natuurlijk zo laag mogelijk houden en overschotten vermijden.

We gaan voor een menu van ongeveer 25 euro met voorgerecht, hoofdgerecht en dessert omdat het duurdere menu dat we meer zien zitten er niet meer is. De serveuse staat ongeduldig te schuifelen aan de tafel tot we onze keuzes binnen het menu hebben gemaakt. Iets wat ze perfect had kunnen vermijden door ons reeds bij het begin te laten weten dat het menu van 34 euro niet besteld kan worden. Soit, haar probleem.

Fries wil graag een wijn uit de streek drinken en wil gaan voor een Saint-Joseph. Met mijn minder positieve proefervaringen van de voorbije dagen indachtig, wil ik liever iets anders. Of we de wijn ook per glas kunnen bestellen, vraag ik.

OK, een fles Saint-Joseph dus?

Mijn schoolfrans is niet van de betere makelij maar de vraag was nochtans duidelijk en correct gesteld.

Tot drie keer toe probeer ik met handen en voeten uit te leggen wat we willen. Wanneer ze nog steeds niet thuis geeft, bestellen we gewoon twee flessen rood: een Pic Saint Loup en een Saint-Joseph. We kunnen niet naast elkaar blijven praten, hé? Het is hier de Zevende Dag niet!

Leentje voelt zich hoe langer hoe slechter. Na het hoofdgerecht vragen we daarom of we het dessert kunnen skippen, zodat we direct naar huis kunnen. Een korte blaf dat het dessert al klaar staat en dat dit dus niet kan, is het enige antwoord dat we krijgen.

Ook al ziet de serveuse dat Leentje er niet goed aan toe is, ze presteert het om gewoon te vragen: “Dus, iedereen kaas?”

Hier komen we nooit meer terug.

Een kwartier later zitten we op het terras van Le Grand Noé. Leentje en Belinda kruipen vroeg onder de wol. Fries en ik genieten van onze laatste avond in de Condrieu met een lekker flesje viognier van Domaine Farjon terwijl kikkers luid kwakend de soundtrack verzorgen en de volle maan voor net genoeg licht zorgt op het voor de rest duistere terras.

(8 juni 2017)

Plaats een reactie

Maak een gratis website of blog op WordPress.com.

Omhoog ↑